<% response.redirect ("Home/Index.htm") %>

 

 

Op een bepaald moment vraagt hij of ik het tweede blikje niet ga openen (hij heeft beide ondertussen leeggedronken ...)en ik antwoord daarop dat het eerste nog niet leeg is en dat hij moet begrijpen dat ik als sportieveling helemaal niet zo graag (en zo veel) drink. Hij dringt aan op de volgende manier: open alvast het tweede, dan heb je als het ware wat voorsprong en ga ik ontertussen nog een biertje kopen voor mezelf en dan praten we nog wat verder... Terwijl hij de straat achter ons overstak en uit het zicht verdween, was ik aan het denken dat die voortdurende lichte dwang me eigenlijk niet zo beviel. Ik heb de beide blikjes bier ter hand genomen en wat verder in het gras het ene helemaal leeggegoten en het andere tot meer dan de helft. Toen ik dit bezig was keek in rond en zag een man verbaasd naar me kijken. Het is uiteraard niets iets wat je zomaar doet in een park... (Achteraf stel ik me toch de vraag of deze man misschien een ‘compagnon’ was, en of hij niet  eventueel moest verhinderen dat ik de benen nam, maar dit blijft uiteraard een veronderstelling).  

Toen m’n gesprekspartner terugkwam had hij een gekoeld biertje bij zich én een pakje koekjes van het merk ‘Suliker’, koekjes die je echt overal kan kopen.  En dan stelt hij een voor mij vreemde vraag : “Heb je een mes bij je om dit pakje koekjes te openen ?”.  Ik antwoord negatief, waarop hij het vervolgens opent met de hand.  Hij neemt het eerste koekje uit het rolletje en eet het zelf op.  Dan presenteert hij me het tweede op een (voor mij) vreemde manier : hij nam het uit de verpakking en hield het met drie vingers vast en stak het met gestrekte arm naar me uit.  Ik dacht nog : dit is eigenlijk niet iets wat je doet.  En voor mij was het ook heel simpel : ik wou het koekje niet omdat het gewoon niet bij het bier paste (de combinatie zoet - bitter), maar ik zei gewoon dat ik er zelf ook bij me had ...  En toen hij het nog steeds in m’n richting hield en wat aandrong zag ik bovendien dat de vulling tussen de twee koekhelften er niet lekker uitzag.  

Vervolgens heb ik mijn koekjes tevoorschijn gehaald en ik toonde hem het verschil met de hagelwitte vulling van mijn koekjes.  Hij repliceerde dat zijn verpakking koekjes bevatte, gevuld met jam en er stond inderdaad een andere naam op.  Het was het laatste koekje in mijn verpakking en ik heb het vervolgens opgegeten.  Waarschijnlijk daardoor was de stap kleiner om nu ook zijn koekje aan te nemen, ... in ieder geval ik nam het van hem over.  Nu moet het gezegd : deze koekjes zijn tamelijk klein en meestal stak ik ze volledig in de mond.  Met deze was het anders, want ik had nog steeds lichte vragen bij de vulling en dus proefde ik eerst.  De smaak die ik proefde was verre van lekker, maar het woord medicijn zou ik niet durven noemen.  Toch was er eerder sprake van chemie dan van bakkunst.  Hierop heb ik de rest van het koekje weggegooid en heb hem gezegd dat het absoluut slecht was.  Hij antwoordde dat het zijne nochtans gewoon smakelijk was ...  Omdat ik nog steeds niet dacht aan kwaad opzet, controleerde ik de datum van het pakje.  Op een wit veld stond in zwarte letters duidelijk te lezen : 6 - 2001.  Dus dat kon het zeker niet zijn !  En het laatste wat ik vervolgens nog gezegd heb is : “Het zal waarschijnlijk in de zon gelegen hebben en op die manier slecht geworden zijn ...”  En verder weet ik niets meer.

Ik werd ongeveer vier uur later uiterst langzaam weer wakker, ... in een politiebureau.  Ik vermoed dat, omdat ik geen woord begreep van wat de Turkse agenten me vroegen, dat ik daarom een paar keer naar een ander politiekantoor gebracht werd.  Uiteindelijk kwam ik terecht in een politiekantoor voor ‘buitenlanders’, was er dus een tolk en kon ik een verklaring afleggen.  De verklaring die ik aflegde was verre van volledig (o.a. zijn hierin niet m’n twee fototoestelletjes opgenomen), maar dat zou ik toeschrijven aan m’n verwarde toestand van halfslaap.  De politieman wees me erop dat ik m’n kaarten moest blokkeren en hij zocht het nummer voor me op, waarop ik vervolgens telefoneerde.  Pas later is me duidelijk geworden dat ik niet belde met ‘Banc Card Company’, maar enkel met Visa.  Van alles wat bij de politie gebeurde herinner ik me slechts flarden.  Op het politiebureau was er bv. ook iemand van het Belgische Consulaat, maar dat kon ik pas de volgende morgen vaststellen, toen ik op het Consulaat een nieuw paspoort ging afhalen !

En met dit papier kon ik in de namiddag het land verlaten, ik was gelukkig dat ik dat gezond en wel kon doen ...

Uiteindelijk ben ik aldus de volgende zaken kwijt geraak : een (oude) trekkingfiets, twee fototoestelletjes (en dus ook een dertigtal foto’s), een rugzakje, bijna geen cash geld, fietspomp, reisgids, zonnecrème en zonnebril, een fles cola, wat eetgerief en een 15-tal brieven aan familie en vrienden ...

Terug